Indira trommelt om 6 uur het personeel op die duidelijk geen rekening hebben gehouden met ons vroege nachtelijke vertrek. We rekenen af met een jongen die duidelijk nog maar minuten verwijderd is van zijn droom. Twee tweepersoonskamers inclusief het diner en de drank brengt de rekening op 40 Euro.
We lopen door de ochtendglorie een stuk de berg naar Samargot voor de zonsopgang die al even spectaculair is als gisterenavond. De zon zet de himalaya in vlammen, een deken van mist onder zich latend. Met ijltempo wordt de rode bol een oranje en vervolgens een zo felle bol dat alles weer de kleur van overdag aanneemt. Sneeuw wordt weer sneeuwwit, groen wordt weer groen en onder ons zien we in de verte het meer liggen.
We lopen samen de eindeloze trappen weer naar beneden, nemen een ontbijtje onderweg en hebben een taxi voor Marina geregeld. Indira wil zich nu echt als gids gaan bewijzen door helemaal door de heuvels naar onderen te lopen/klimmen en te voet weer in Pokhara aan te komen. Normaal gesproken een wandeling van zo’n kleine twee uur, tenminste als je de weg weet….
Marina wacht al meer dan drie uur op de afgesproken tijd bij de German Bakery. Maar van ons nog geen teken van leven. De reden is dat Indira en ik op dat moment voor een rivierbedding staan die zich tientallen meters onder ons bevindt en we geen mogelijk zien daar te geraken. Duidelijk dat we verdwaald zijn. Gids Indira: “I am so sorry”.
Er is geen pad meer te verkennen, terwijl het toch zo goed begon, eerst een brede weg, daarna een paar ezelspaadjes, tenslotte rijstvelden en toen…jungle. Geen paden meer, we besluiten in ieder geval om ons maar door de dichte begroeiing naar beneden te wagen. Uur na uur. Als de bomen eindigen, voel ik al nattigheid. We zijn pas halverwege de hoogte en dat kan maar een ding betekenen, een afgrond. We besluiten langs de afgrond naar beneden te lopen totdat we een nepalees aan de overkant treffen die ons gelukkig (!) een weg wijst hoe in de droge rivierbedding te geraken. Uiteindelijk vinden we een weg naar onderen en over smalle en soms metershoge keien klauteren we in zo’n uurtje naar het uiteinde van het dorp. Eenmaal aangekomen in de bewoonde wereld maar nog wel dik 5 km van de afgesproken plek en taxi’s komen hier niet….
Het weerzien is hartelijk, van bezorgdheid naar de slappe lach om de aanvallende stieren die we op de rijstterrassen tegenkwamen. Die waren duidelijk in een aanvalsmood. Welke gids trekt nu ook een rood truitje aan ….
De rest van de dag is rustig, de spierpijn neemt toe.
S ‘morgens zitten we al vroeg aan `t ontbijt, we hebben half 10 afgesproken met Oscar onze chauffeur. Welke Nepalees heet nu Oscar, vraag ik me nog even af. Z’n Tibetaanse uiterlijk doet mij iets anders vermoeden. Hij is een hartelijke vent die iedere vraag, ja of nee met een steevaste brede glimlach beantwoordt.
De eigenaar van ons hotel komt ons even vertellen dat vanaf 9 uur het op zaterdag verboden is om met auto`s hier te rijden dus Oscar word gebeld en meegedeeld dat hier op tijd moet komen. Anders is het koffer sjouwen.
De anderhalf uur durende rit naar de stille bergplaats Bandipur gaat voorspoedig en we arriveren dan ook al in de ochtend. Bij aankomst zien we de Himalaya mooi achter ons liggen. Binnen 30 min. Is er bijna geen berg meer te zien, de Himalaya is verstopt achter wolken. Dit besluit ons om een kijkje te gaan nemen in het dorp. We hebben geluk dat het zaterdag is. Het hotel, een eco-resort (althans een vroeg middeleeuwse variant daarvan) ligt aan de achterkant van een groot veld . Hier is vandaag van alles te doen met schoolkinderen vanaf een jaar of 3 tot 18 jaar incl. opa`s en oma`s ouders en leraren . Er is dans, sport en spel en er wordt in zeer grote pannen eten gekookt, (iets wat wij niet kunnen eten met onze overgevoelige maag- en darmstructuur). Over en weer vindt men het van beide kanten reuze interessant. De kinderen natuurlijk op de foto en zoals kinderen zijn , zijn ze nieuwsgierig om hun afbeelding op het kleine schermpje waar te nemen, ook de oudere. Leerkrachten leggen ons uit hoe ze dit elke zaterdag doen met groepen kinderen, alleen wisselen de scholen elkaar af. Ze komen dan soms ook van verre en hebben een reis van zeker 2 uur of meer achter de rug. Als het eten wordt opgediend (de kinderen opgesteld in lange rijen), vertrekken wij naar het dorpje. Onderweg rent er opeen een klein jongetje naar Marina en klemt zich vast aan haar benen, ja hoor het blonde haar en de ogen. Ze moet zich bukken en ze stralen beide naar elkaar. Liefde op eerste gezicht? Na de fotosessie gaan we verder , het dorpje oogt klein maar wat vergissen we ons hierin. Het is zeer oud en authentiek, wat een prachtig gezicht is, we besluiten dan ook om ergens een kop koffie te drinken , we vinden iets wat zegt sweet dus bakker? Hier krijg je koffie we gaan zitten en bestellen , helaas is het water wat een bruin kleurtje heeft. We gaan zonder te drinken maar terug richting het speelveld. Albert en Indira gaan met de kinderen dansen ze moeten wel de kinderen waren aan ze aan het trekken en Marina neemt even rustig plaats , om haar voeten te laten rusten. Na 10 minuten komt de eerste jongen puber eraan. Of ik met hem op de foto wil. Nu dan een foto wat dan nog , daarna zijn vriend en opa en dan de rest van zijn groep, nou oké ik geef toe ik was best wel gevleid tussen al die jonkies. Het feest op het veld loopt ten einde we genieten nog wat van de zon helaas geen berg meer te zien. En besluiten dat we maar 1 nacht hier zullen verblijven en morgen naar Gorkha doorreizen. Dit betekend voor Indira werken , met een paar telefoontjes over en weer was dat dan ook weer geregeld.
Na een avond zonder stroom en kaarslicht vertrekken we Zondag ochtend na een heerlijke warme douche richting Gurka.
Na een vrij korte rit komen we aan en wat is dit een leuke plaats, we beginnen eerst in het hotel om de koffie te testen deze is goed. Hierna een wandeling door het dorp, en wederom veel bekijks, wij naar de inwoners hun naar de toerist. We komen langs een schooltje waar ze net lunch pauze hebben de kinderen verstoppen zich onder de banken en spelen zo op deze manier met ons. Op de terugweg zien we een vrouwtje die een zandzak geladen krijgt die meer weegt als zijzelf lopen naar de bouwplaats, ja we hebben het maar goed. Tegen tweeën weer terug in hotel ook voor onze lunch. Hierna vertrekken Albert,- Indira en Oscar naar een Tempel vrij hoog in de berg.
Deze tempel is te beklimmen na zo’n duizend treden, we hebben ze niet geteld, maar Oscar verzekert ons de vier cijfers. Het is zelfs gids Indira naar boven duwen. Haar rode hoofd verraadt dat ook zij uitgeteld halverwege wanhopig naar boven kijkt. Boven wordt gebeden naar Shiva en de andere belanghebbende goden. De klokken worden geluid om onze aankomst merkbaar te doen zijn en de prestatie van de trappen te vieren. Ik krijg twee tika’s op mijn voorhoofd geplakt en een halstouwtje voor veel geluk. Het zal me helpen de trappen veilig naar beneden te klimmen, ik ben ervan overtuigd. Intussen staat de zon al laag aan de horizon als we de terugweg nemen. Onderweg komen ons veel schoolkinderen tegemoet die iedere dag deze duizelingwekkende trappengang moeten nemen. Toch kan er een geinteresseerd Namaste (Goedendag, hoe gaat het?) vanaf. Met sommigen maken we even een kort praatje en gaan ze samen met ons op de foto. Het toestel toont zich een waar communicatiemiddel.
Tegen vijven komen we bezweet weer aan bij het hotel en kunnen er wel een paar Everest biertjes in. We lachen om de foto’s en genieten die avond van een nepalese maaltijd waar het toch altijd weer wennen is aan het gezicht van met de hand etende mensen die rijst en saus mengen tot een hapklaar brokje en moeiteloos zonder te morsen dit tussen de lippen bewegen.
De temperaturen zakken snel die avond en dat zorgt op de kamer voor klamme dekens. Niet erg aangenaam, maar we raken intussen gewend aan de eenvoud en onthecht van de luxe. De luxe is de omgeving en de mensen.
De volgende ochtend vertrekken om 9 uur terug naar Kathmandu waar voor tot onze verrassing de bergen ook goed zichtbaar zijn. We voelen ons zondagskinderen. De tocht over 100 km duurt vanwege het massale vrachtverkeer een kleine zes uur met twee tussenstops.
In Kathmandu worden we verwelkomd door Jagat die duidelijk zijn huiswerk heeft gemaakt voor het One Laptop Per Child project. Hij heeft plannen, maar daarover wil hij pas de volgende dag praten. Indira wordt beloond met een speciaal T-shirt “Indira, best Tour Guide”. Verrast en verlegen neemt ze het in ontvangst. We genieten van een lekker stukje appelgebak en een verse Cappucino in het vertrouwde Gaia restaurant. Het gevoel overheerst dat we al weken in Nepal zijn.
Hey ouders,
BeantwoordenVerwijderenWederom een heel mooi stuk geschreven, geweldig die spectaculaire Himalaya. Indira doet goed haar best lees ik zo, ook al zijn jullie een keer verdwaald. Ik ben zeer benieuwd naar alle foto's en video's.
Ik hou van jullie, geniet nog van de vakantie!
Groetjes
Op zo'n zoon mag je trots zijn...... En verdwalen hoort er ook een beetje bij! Groet,
BeantwoordenVerwijderenPatrick
Schitterend verhaal heb je weer geschreven Albert. Petje af voor jullie alletwee trouwens.
BeantwoordenVerwijderenAl die trappen........ Ik krijg er weer een plaatje bij
inderdaad,zeg het woord trap en ik weet weer hoe het voelde. Aan de andere kant is het om jaloers op te worden en weer terug te willen.Goed gedaan alle twee.Geniet nog lekker van Kathmandu en omgeving.Verheug me op de foto's.
BeantwoordenVerwijderenGroetjes en liefs Petra.